Boek 2, hoofdstuk 4

Yalda werd wakker van het zachte geluid van golven die tegen de rotsen buiten sloegen, het geluid was vredig en vertrouwd, het gaf haar houvast. En even bewoog ze niet. Haar ogen bleven gesloten terwijl het zachte gesis van de branding de kamer vulde, vermengd met het gekrijs van meeuwen buiten. De ...

Log in en ga verder met lezen