Hoofdstuk Tweehonderdvijfenzestig.

"Zo," zei ze, haar stem zoet maar haar ogen scherp. "Jij bent dus de grote Arjun Madhav."

Arjun knipperde met zijn ogen, licht geamuseerd. "Ik heb de geruchten gehoord," antwoordde hij soepel. "Het hangt ervan af wie het verhaal vertelt."

"Nou," voegde Jiya speels toe, "we wilden er alleen zeker v...

Log in en ga verder met lezen