HOOFDSTUK HONDERDZESENNEGENTIG

We bleven in die vreemde bubbel voor nog een week, totdat Octavio op een dinsdagmorgen onverwacht het huis binnenkwam, zijn houding leeg.

"Octavio?" riep ik verbaasd naar hem, terwijl ik naar iedereen keek die hem ook meteen opmerkte toen ik hem riep.

Het hele huis werd een kakofonie van opwinding...

Log in en ga verder met lezen