Hoofdstuk zeventig

Raleigh

Ik blijf staren naar de deur die net achter hem dichtging, niet in staat te geloven dat hij gewoon weggelopen is. Een moment later gaat de deur weer open en hoop vult me dat hij terug is gekomen, maar wanneer mijn broers door de deur stormen, alle drie met verwarring op hun gezicht, weet ik...

Log in en ga verder met lezen